Er zijn al wat jaren overheen gegaan, sinds Piep als een jonge muis door het bos huppelde. Plannen voor een bosmarathon voor Tintje en de andere powermuizen, voor excursies voor dieren in hun eigen bos. Het kwam er even niet van. Piep weet veel van het bos en kan er mooi over vertellen, het wordt zelfs nog mooier als je met hem mee door het bos loopt. Je gaat de dingen zien.
Hij zegt dat je veel en lang moet stilstaan. Dan kan je het bos zien gebeuren. Daar hoef je niet ver voor te gaan. Juist niet. Hij weet dat uit ervaring, hoewel het in beginsel strijdig is met zijn karakter. Piep wil altijd verder. Zijn eigen wijsheid komt hem goed van pas. Alleen dat inzien en er naar handelen lukt niet goed. Ik leg het je uit.
Piep is van nature een ik doe het zelf wel muis. Ga hem niet vertellen hoe het moet of dat je hem wel even wil helpen. Dat is voor een deel soms een minder makkelijke eigenschap. Maar misschien wel herkenbaar. Het tegenovergestelde is een kaniknietmuis. Maar daar hebben we het niet over.
Piep heeft last van zere pootjes en een zere rug. Te veel eikels en beukennootjes tegelijk in z’n kruiwagentje naar huis gesjouwd denk hij zelf. En dat iets te vaak. Meer erin laden scheelde weer kilometers lopen vond hij. Je huis onder een eik bouwen is een andere oplossing. Nadeel is dat je ’s nachts je een ongeluk schrikt als er eikels uit de boom op het dak van je huis kletteren. Dus dat is eigenlijk geen oplossing.
Piep heef ergens gelezen dat hij waarschijnlijk een meer beschouwende soort muis is, eentje die kijkt naar de grote patronen. Daar heeft hij wel gevoel bij. Als je poten zeer doen heeft het geen zin om daaraan te verbinden dat je niet goed kan lopen. Je kan het nog steeds. De kunst is om te voorkomen dat je stilvalt. Hoe dan? Nou, dat is een goede vraag. Iets om je energie in te steken en niet als een kaniknietmuis zielig te zijn.
Piep heeft van mooie ronde kastanjes en rechte takjes iets gemaakt om makkelijker te kunnen lopen. Een loopkarretje, Als hij even wil rusten kan hij erop zitten. Dat maakt dat hij na een paar minuten weer verder kan. Het is dus meer een zit- dan loopkarretje. Of allebei eigenlijk. Hoe zeg je dat? Een stoeltje waar je ook nog goed mee kan lopen?
Het resultaat is dat het weer veilig voelt om ergens heen te gaan. Naar een supermarkt bijvoorbeeld, of naar het dorp. Wat moet je anders als verder lopen niet meer gaat door pijn en zitten nergens kan? Zo werkt het wél.
Verder denkt Piep dat je grootste problemen in je hoofd zitten. Omdat je denkt dat het problemen zijn. Watwelkandenken is veel mooier en je gaat ervan glimlachen.