#Mentalweeding

Het is te nat. Of te droog. Er zit iets van een boer in mij. Niet zo gek. Mijn opa was er een. Een echte nog. Ik ben meer een tuinder. Groentenboer. Ik hou van hoe kleine zaden uitgroeien tot grootsheid. Zoals andijvie. Blauwe bloemetjes aan een meterhoge plant. Nieuwe zaden.
Het maakt me niet echt uit hoor. Te nat of te droog. Je kunt er niets aan doen. Hooguit planten watergeven, een sloot graven. Neem het weer zoals het komt.

Het kan met alle dingen. In figuurlijke zin watergeven en sloten graven. Scheelt een hoop chagrijn en ergernis. Is fijn voor jezelf en je omgeving. Over energie gesproken. Watergeven en graven vind ik leuk. Deed ik als kind al aan het strand. Kuil graven en water uit de zee halen met een emmertje. Genieten.
Gedachteloos genieten van niks bijzonders. Wie durft? Voor je het weet moet je uitleggen wat de zin ervan is.

Ik vind schoffelen een van de fijnste bezigheden. Je hersens coördineren je bewegingen. Als je het vaak en lang genoeg doet ‘kan je het’. Het schoffelen is een deel van jou geworden, of andersom. Al schoffelend is er geen mogelijkheid om aan iets anders te denken. Doe je het toch, dan liggen de jonge plantjes er zo vanaf. In plaats van het onkruid. Er zijn veel mensen die schoffelen. Er zijn er veel minder ‘die het kunnen’.

Je mentale tuintje schoffelen is net zoiets. Vaak en lang doen. Je hoofd erbij houden. Niet afdwalen. Je hoeft er geen trendy cursus voor te volgen. Of je diep ademend in een vreemde houding te wringen. Mag wel natuurlijk.

Bedenk wat voor jou onkruid is en wat de plantjes zijn. Dat laatste niet vergeten. En hup, aan de slag. Heb je geen schoffel? Ok, met de hand gaat het ook. Dan heet het wieden. Onkruidjes optrekken. En de goede plantjes uitdunnen. Als het er te veel zijn. Dan groeien ze elkaar in de weg. Je kunt de hele dag mentaal wieden. Het wordt een fijne gewoonte. Je goede gedachten gaan groeien. Van sublieme ideeën, tot goed gevoel of simpelweg genieten van niks bijzonders. Dan is er ruimte in je hoofd. Je mentale tuintje wieden is een van de fijnste bezigheden.

#Mentalweeding, maak er je nieuwe hashtag van.

Takkezaag

Een mooie boswilg in mijn moestuin is te groot geworden. Kwestie van snoeien. Ik heb er zo’n uitschuifzaag voor. Kan je ook hoge takken mee afzagen. Ik zaag nu met gemak flink wat dikke takken af. Een paar maanden geleden kwam ik niet verder dan één tak. En dan een beetje een dunne graag. Het verschil? Het was toen een takkezaag. Meende ik in mijn frustratie. Het andere verschil is het goedgevoelstofje dat nu weer z’n werk doet. Zit ik ’s middags weer op de bank met een rozig hoofd en een mok thee. Na te genieten. Een heel verschil. Met niet te genieten.
Het mooie van een boswilg is de vroege bloei. Als vroeg in het voorjaar de zon de temperatuur naar een graadje of zestien brengt en er weinig wind is, dan zoemt het in de boom. Bijen en hommels vinden hier hun eerste stuifmeel en nectar. Ze komen van kilometers ver. Die hele zoemende verzameling en ik willen dat niet missen. Heb de boom met mate gesnoeid.
Veel moestuinders vinden zo’n boom maar niks. Dat neemt het licht weg. Paardenbloemen en madeliefjes mogen ook niet. Alles wat niet op andijvie of sla lijkt dient uitgeroeid. Vergeten ze even dat zonder zoemende verzameling er bar weinig terecht komt van hun moestuin. Zit ik zo maar weer op mijn biologische stokpaardje. Goed voor de mentale conditie.
Ik heb serieus overwogen m’n moestuin op te doeken. Als je nog geen tak kunt snoeien geen plantje meer in de grond kunt zetten, dan is het niet leuk meer. Het is nu wél weer leuk! Dankzij een onbekende donor.

Katjes van de boswilg