Medicijnspiegel

Ik maakte me afgelopen dagen druk over een medicijnspiegel in m’n bloed. De dosering van een afweer onderdrukkend medicijn is onlangs verhoogd. Omdat die te laag bleek bij de laatste keer bloed prikken. Zoals elk medicijn kent ook dit bijwerkingen. Het beïnvloedt de werking van mijn donornier nadelig. Tegelijk kan ik niet zonder omdat het de afstoting ervan voorkomt.

De voor mij hinderlijkste bijwerking is dat m’n handen en armspieren ervan gaan trillen. De hogere dosering verergert dat. Word ik moe van en enigszins chagrijnig. Opnieuw prikken dus. Blijkt de spiegel precies goed volgens de daarvoor geldende marges. Kan er nu voor kiezen om vrolijk verder te trillen. Of kan het anders? Vergelijkbare medicijnen hebben we eerder al uitgeprobeerd. De bijwerkingen daarvan waren nog vervelender.

In overleg met de nefroloog doen we het volgende. Terug naar de oude dosering. Die eigenlijk te laag is. De tijden waarop ik de medicatie neem veranderen, zodat die meer gelijk over de 24 uur van de dag wordt verdeeld. Over twee weken weer prikken en zien wat het resultaat is. De speelruimte om dat te doen is er omdat ik een heel goede nier heb. Zijn er dan ook slechte? Nee, goed wil hier zeggen dat de donornier heel goed matcht met de eigenschappen van mijn lichaamsweefsel.

Dat was een paar jaar geleden de reden dat ik hem al kreeg na maar vier maanden op de wachtlijst. Dat is uitzonderlijk. Dat was mijn hoofdprijs. En ik ben daar nog altijd dankbaar voor. Hoe dat dan is, dankbaar zijn voor zo’n ‘prijs’ weet ik ook niet precies. Ik kan het niet goed uitleggen. Al helemaal niet als je weet dat er eerst iemand overleed waardoor dit mogelijk werd. De dankbaarheid zit daar ergens, het voelt heel bijzonder. Dankjewel donor.

De kans op afstoting is dus kleiner vergeleken met een gemiddelde donornier. Ik kan besluiten om structureel een lagere medicijnspiegel aan te houden. De nefroloog zou achter dat besluit kunnen staan.
Ik heb het een keer eerder moeten doen, als uiterste middel om een voor mij gevaarlijk virus de baas te worden. Dat lukte door het tijdelijk zelfs helemaal stopzetten van de afweeronderdrukking.

Nu eerst de mogelijkheden verkennen. Aanvullende medicatie kan eventueel ook nog. Met natuurlijk weer andere ongewenste bijwerkingen. In UMCUtrecht overleggen we altijd over hoe en wat. Er wordt serieus naar me geluisterd. Ik krijg antwoord op mijn vragen en we zoeken samen naar de beste manier om te leven met een donornier. Zo wil je het graag.

Vandaag nog een flink stuk tuin gespit. En de piepers aangeaard. Dat kan ik gewoon weer. In dat licht bezien is die medicijnspiegel maar een luxeprobleem.

Levensgenieter

Op een terrasje zitten barsten van de kou, met een plons koud bier voor je neus. De ultieme vervulling van je grootste wens. Als het niet mag wordt alles leuk. Vanmorgen nog, 100km op de snelweg. En natuurlijk zin om het gaspedaal eens flink in te trappen. Hij kan makkelijk 200.

Ik zit te verlangen naar vakantie. Je kent het wel denk ik, het land met het copy en paste landschap. Asfalt tot de voordeur en gemaaid gras tot aan het asfalt. Het is er wel mooi groen want het regent er vaak. Kan je daarom zo lekker onnodig en overbodige boodschappen doen. Maar och, het is vakantie! Heb je weer lekkere chocolade voor de hele vakantie en voor maanden thuis. Met plaatjes van alpenweiden en koeienbellen erop.

Of toch naar Italië. Zou ik wel willen. Hebben ze een lossere levensstijl. Bevalt me wel. Ik ging echt van dat land houden toen ik ontdekte dat een liter rode wijn minder kost dan een pak melk.
Ik denk dat rode wijn gezond is. Dat zit hem minder in de stofjes die erin zitten, die neem ik er graag bij. Heeft meer te maken met die wat lossere levensstijl. Tegen achten een flesje wijn en een pizza op het terras voor m’n vakantiehuisje. En morgen is er een nieuwe dag een cappuccino en een glaasje wijn. Dat is wat anders dan om half zes de piepers opzetten, de gehaktballen braden en andijvie koken.

Mijn nieuwe nier heeft de Italiaan in mij wakker gemaakt denk ik. De levensgenieter. Misschien was de donor wel een Italiaan(se)? Ik ben me bewuster geworden van mijn drijfveren en impulsen. Van de eindigheid van alles. Op een positieve manier. Als ik nu niet durf te genieten, wanneer dan wel?

Ik heb iets met vakantie, als ik vakantie heb. Ik ga normaliter niet langer dan veertien dagen. Tien is al een boel. Na een dag of vijf van wijn, olijven, lekkere broodjes, taartjes en beleg genieten gebeurt er iets. Dan vind ik het terrasje voor m’n huisje eigenlijk wat klein. De matras van mijn bed is lang niet zo fijn als die van thuis. Ik moet oppassen met de zon. Eigenlijk eruit blijven. Maar die schijnt elke dag. En ’s avonds barst het van de muggen.

Ik kan niet zomaar naar huis, we hebben voor tien dagen geboekt en de anderen vermaken zich prima. Dus daaraan denken, laat staan erover beginnen kan niet. Ik mag niet naar huis.
Na zeven dagen wordt het verlangen bijna ondraaglijk. Als ik dan weer thuis ben wil ik weer op vakantie. Maar volgend jaar pas.

Ik houd niet van gekookte aardappelen en heb niks met andijvie. Doe mij maar een flesje wijn en een volkoren pizza ‘bodem in een steenoven bereid’ uit de Hoevelakense supermarkt. Terwijl ik verlang naar vakantie en geniet van alleen al de gedachte eraan.

Gelukkig maar

Voetballers verwisselen van eigenaar voor tientallen miljoenen. Postduiven worden voor miljoenen verkocht, of gestolen. Allemaal handel in wat de gek ervoor geeft. Heb jij aandelen of bitcoins? Dan ben je rijk. Je hebt geluk, toch?

Geluk is niet in geld uit te drukken. En niet omdat daar niet genoeg geld voor is.
Gezondheid staat ook niet in relatie tot een florissante financiële situatie. Of toch wel, je gaat mogelijk wat eerder dood aan overvloedige pecunia. Hebberigheid is een sluipende kwaal en nogal ongeneeslijk. Als die diagnose bij jou gesteld wordt maakt het je boos. Daar had je niet om gevraagd, het is niet waar. Ze zijn alleen maar jaloers.

Je kan jezelf de vraag stellen: wat is geluk, wat is rijkdom? Daar heb je de rest van je leven de tijd voor om over na te denken. Het lijkt net zo zinloos als je afvragen hoe rijk je kunt worden.

Soms heb je het geluk dat je weer gezond kunt worden na een ziekte. Bedoel ik niet een verkoudheidje of zo. Dan ben je rijk. Vaak ook gelukkig.

Als je geen geluk hebt, ook wel pech genoemd, ben je stinkend rijk en word je ziek. Te ziek om nog interesse te hebben in beurskoersen of de waarde van je bitcoins. Misschien is dat je geluk. Kan je weer gezond worden. Als je geluk hebt.

Je kunt ook gezond zijn zonder ooit ernstig ziek te zijn geweest. Hoef je je ook niet af te vragen wat geluk is, of rijkdom. Of juist wel?