Weemoedig

Koffie drinken in de tuin. De vogels doen uitbundig en de zon bescheiden. Uit de wind is het goed. Je zou er helemaal rustig van worden. Maar vandaag niet. Een gevoel van vergankelijkheid, van weemoedigheid. Niet het melancholieke, meer het nostalgische. Een dag als deze kan lang duren. Dat moet ook. Ik heb rust nodig aan mijn kop. Niet omdat er zoveel gebeurt. Vooral omdat mijn hoofd beperkt beschikbaar is. Dat is altijd al zo de laatste twintig jaar. Er is iets definitief stuk in hoofd. Zo omschrijf ik het al vanaf het begin. Kan ik prima mee leven, er is geen andere optie.
Waar ik vroeger als de gang erin zat het liefst eindeloos doorging is het nu zaak om op zo’n moment het gas los te laten. Uitrijden en rusten. Niet eens uitrusten, gewoon aan de limiet gekomen. Een streepje over de grens gaan is een flinke prijs ervoor betalen. Een dagenlang klotegevoel.

Daar komt de weemoedigheid om de hoek kijken. Het verstilde verlangen naar hoe het was. De melancholieke afslag vermijd ik. Die wens ik niet. Het depressieve brengt me niets. Nee, je kunt het niet zomaar uitzetten. Ik heb er tien jaar over gedaan. Van de wens om te stoppen met leven naar de wens om er nog lang niet mee te stoppen.

Het vergankelijke gaat een rol spelen. Ik kan statistisch inschatten hoelang ik nog heb te gaan. Ik tel dat in hoe vaak ik de kerstboom nog op ga zetten. Of in vakanties. Kies zelf maar iets leuks.

Heb je dat wel eens gezien, een wel? Een bron waar water uit de grond komt? Dat is mijn zinnebeeld voor levenslust.

Relatief relevant

Normen en waarden. Een fijne meetlat om anderen eens langs te leggen. Nu is het ook wat met die meetlatten. Neem er willekeurig twee en het zijn geheel verschillende. Hoe kan dat? Je meetlat is zo oud als je zelf ben. Zoals bekend was vroeger alles beter, dus de mijne is zeker van de goede soort.

Meten is fijn, de maat genomen worden een stuk minder. Maakt niet uit door wie of wat. Het is afhankelijk van wat je meekrijgt in je leven hoe je meet, van welke complottheorieën je houdt, hoe eigenwijs je bent etc.

Je kan bijvoorbeeld geloof zien als een complottheorie, want onbewezen maar waar in de ogen van aanhangers. Valt niet aan te tornen. Het is als zwaartekracht, je kunt er op eigen gelegenheid niet aan ontsnappen. Als je het zou willen dan hangt de rest van jouw groep aan je broekspijpen. “Waar gaan wij naartoe?”. Schuld en boete, zonder hel geen hemel.

Nu kan je ruimdenkend zijn. Maar wat is dat? Het is relatief relevant binnen de mores van jouw groep. Je hebt hooguit het idee verder dan gemiddeld te kunnen kijken. Maar hoe ver is verder? Heb je een idee van het zicht op de wereld van de ander buiten je groep? Van de andere meetlatjes?

Als je wordt geconfronteerd met wat die ander ziet en denkt kan je er flink van schrikken. Het voelt al snel als een aanval op jou, op dat wat jou rust en vastigheid geeft. Van je sokken geblazen worden omdat iemand anders geen rekening houdt met jouw meetlatje. Het overkomt ons allemaal.
Om niet te worden beteugeld door jouw meetomgeving is lef nodig. Echte belangstelling voor wat een ander drijft. Minstens het besef dat wat jij meet relatief is en alles behalve de enige waarheid.

Voorbeeld van zo’n begrensd inlevingsvermogen is het denken in gelovigen en niet gelovigen. Die laatste zijn dan de zondaars. Hup de hel in. Tegelijk worden gelovigen uitgelachen.

Ik begrijp die gelovigen wel hoor, snap hun meetgewoontes. Het is angst en volksmennerij van oudsher opgelegd door de elite van kerkvorsten. Beetje macht uitoefenen met god als stok achter de deur. Elkaar kort houdend, de rest van de wereld de maat nemend. Dat doet de rest van de wereld vervolgens ook weer. Meten is weten, maar hoe relevant zijn die meetgegevens eigenlijk?

Italiaans

Er is een plek waar je je in Italië waant, maar er niet bent. Het is zo sterk dat ik me dat telkens inbeeldt. Het voelt zo, ziet er zo uit en het klinkt zo. Op die manier door jezelf bedrogen worden is erg prettig. Nou is dat niet alleen zo met die plek. Het geldt voor veel dingen die je jezelf wijsmaakt. Dat is best fijn.

Ik bedoel niet het in een andere wereld geraken door alcohol of drugs. Zo overkwam het me eens dat er de prachtigste groenten, kruiden en weelderigste planten groeiden uit een soort schuifladen in de muur tegenover mijn ziekenhuisbed. Ik zag ze groeien en was er op dat moment volledig van overtuigd dat ik een normaal gesprek voerde met mijn bezoek. Later vertelden ze me dat ik een beetje de werkelijkheid en mijn pijstillerswaan door elkaar husselde. Dat het wel grappig was, maar een normaal gesprek was het niet.

Maar nu de echte verwisselingen. Het gaat erom dat je iets denkt dat mooier of fijner is. Je kunt je diezelfde werkelijkheid ook toedienen zodat het net niet zo mooi of zo leuk is. Daar heb je invloed op. Het gebeurt me redelijk onbewust. De basis ervoor leg ik al eerder. Het is de verwachting die ik hebt in combinatie met eerdere ervaringen.

Die ervaringen liggen vast. Ik ken Italië van vakantie. Als ik me dan verheug op Italiaanse toestanden in Zwitserland (!), dan kan ik het een beetje de prettige kant op sturen. Beetje veel zelfs. Ticino het zuidelijkste puntje van Zwitserland is voor mij een soort Italië. Alleen de prijzen in de winkel zijn Zwitsers. Als ik er ben, betrap ik me erop dat ik het over Italië heb volkomen vergetend waar ik echt ben.

Dat grapje uithalen in m’n dagelijkse leven is leuk. Ik kan er mijn goede gevoel een enorme boost mee geven. Niks mis met Zwitserland overigens, al kan ik Berner Oberland ongeveer dromen. Met foto’s maken daar ben je snel klaar. Want één foto van een berg, een meer of een dorpje en je hebt ze allemaal. ‘Cut and paste’ is daar uitgevonden tijdens de schepping denk ik. Je hebt van die dagen.

Een voorbeeldje van Italiaanse gedaanteverwisselingen in het dagelijkse leven. Ik zat vanmorgen een uurtje op de dagbehandeling in UMCU voor mijn vier wekelijkse infuus. Is doodsaai. Dus niet al die oude negatieve herinneringen toelaten. Beetje kletsen, beetje dagdromen, lekker ontspannen. Dat kan thuis in de tuin of op een terrasje in de vakantie. Waarom daar niet? Met die insteek ging ik er vanmorgen heen, tevreden en blij. En dan lukt het.

Ik kan het je aanbevelen, maak van er tegenop zien ernaar uitzien. Het is een manier van denken.

Bretels

Er zijn van die dingen waar je herinneringen aan hebt, maar geen toekomst voor ziet. Dat was eens maar nooit weer. Als kind kreeg ik altijd de afgedragen kleren van de buurjongen. Een ding was zeker, ze waren nooit te klein. Broeken werden ‘ingenomen’. In de lengte losgeknipt en dan met en met een veel te dikke naad weer aan elkaar genaaid. Daarna pasten ze natuurlijk nog niet, ik kon er met losse handen in- en uitstappen.

Ook daar was een oplossing voor; bretels. Gestreepte elastieken dingen met klemmetjes. En hup, daar liep ik weer voor lul.

Nooit meer bretels. Ik ben niet zo’n modemanneke. Ik houd van functioneel en het moet vooral lekker zitten. “Koop nu eens iets netjes” is aan mij niet besteed. Zere voeten in mooie schoenen, knellende kleding, maar wel chique.

Als ik eenmaal iets heb gevonden wat me bevalt, dan weet ik het weer te vinden. Online is ongeveer alles verkrijgbaar. Zonder dat er iemand ongevraagd zegt dat het me geweldig staat. In de winkel mag je kiezen uit zo’n rekje in de verkeerde kleuren en snit die dit jaar in de mode zijn. Ik kom sowieso nog maar zelden in winkels. De virusjes zijn overal gratis en ze houden van mij. De prijs die ik ervoor betaal is nogal eens hoog.

Bol.com en Wehkamp zijn goede vrienden. Outdoorwinkels minder, die maken me gretig. Ze verkopen wel heel veel nuttige en functionele kleding en schoenen.
Dat ervaringen uit het verleden geen garantie zijn voor het vermijden ervan in de toekomst bewijst het volgende.

Ik ben voorzien van een paar fraaie littekens op mijn buik ter hoogte van mijn broeksband. Verder huist daar ook nog ergens mijn donornier. Mijn door de Prednison wat robuuster gevormd buikje maakt het al niet beter. Daarom zitten veel broeken mij niet lekker. Ze knellen als ik zit. Natuurlijk heb ik daar over nagedacht. Broeken met een elastische boord en een elastische riem. Dat helpt al wel, maar onvoldoende. Je ziet me vaak in joggingbroek.

Nou wil ik ook wel eens in m’n jeans de deur uit. Goede raad was duur. Hoewel, voor een heel redelijk bedrag dient zich een nieuwe oplossing aan. Zojuist besteld en overmorgen al geleverd. Geen gestreepte natuurlijk, fraaie zwarte vierpuntsexemplaren. Bretels zijn tegenwoordig modieus heel verantwoord. Ze ‘voegen iets extra’s toe aan je garderobe en accentueren jouw persoonlijke levensstijl’. Dat ik het maar weet. Nu maar hopen dat het de gouden greep blijkt.