Naar de sportschool of hardlopen is goed voor je conditie. Niet onbelangrijk. Goede conditie in je hoofd is minstens zo belangrijk. Een goed geladen batterijtje houdt het mechaniek aan de gang. Zonder energie in je hoofd helpt een fysieke conditie je niet zo veel.
Mensen geven je energie. Sommigen dan. Anderen vreten je energie. Je kent ze wel. De types waar je al moe van wordt als je ze ziet. Je hebt er een antenne voor. Die antenne werkt goed. Moet je hem wel gebruiken.
Je (buur)kat weet het feilloos. Hoe dat werkt. Hij weet wat je van plan bent. Wat je bedoeling is. Wat je intentie is. Tussen die twee zit een wereld van verschil. Tussen bedoeling en intentie. Is het je bedoeling om de kat even op te tillen omdat jij dat leuk vindt? Of voel je dat ie het fijn vindt als je hem even over z’n kop streelt. In het eerste geval loopt hij weg. Lekker geaaid worden is wél fijn.
Intentie is wat je hart je ingeeft om het goede te doen. Uitgaande van de ander. Een goede bedoeling is wat jij meent dat goed is voor een ander. Of voor je kat. Bij jouw goede bedoeling is het maar de vraag of het onderwerp van je bedoeling er prijs op stelt.
Ik krijg wel eens de vraag of ik weer beter ben. Beter is dan meestal het equivalent voor dezelfde zijn die ik voorheen was. De vraag is goed bedoeld. Ik ben er niet blij mee. Ik word niet meer dezelfde. Dat hoeft ook niet. Ik word wel weer gezond, hoop ik. De vrager vindt het prettig als ik weer beter ben. Dat stelt hem of haar tevreden. Daarmee omgaan kost me meer energie dan ik wil. Mijn primaire reactie is deze mensen te mijden.
Dus altijd de goedbedoelers mijden? Wel als m’n batterijtje bijna leeg is. Niet altijd als ik er voldoende fut voor heb. Dan kan ik op zoek naar waar het en voor de ander en voor mij iets oplevert.
Nieuwe energie ligt voor het oprapen. Na vier weken ziekenhuis is mijn batterijtje leeg. Hoofd wil niet meer. Omdat lijf niet meer kan. Ik stel de zaalarts voor om me maar gewoon in een container te kieperen. Er staan genoeg van die grote gele containers in de keldergangen. Ziekenhuisafval staat er op. Mijn voorstel wordt afgewezen. Wat zou de kat nu doen? Natuurlijk maakt hij zelf wel uit door wie hij zich laat aaien. Soms laat ie zich zelfs optillen. Ik besluit een wijze kat te zijn. En dan gebeurt het. Er werken allemaal opladers in het UMC Utrecht. Prachtige, lieve mensen. Ik krijg zeeën van energie van ze. Zo’n antenne hè, die heb je. Moet je hem wel gebruiken.