Ik noem het m’n nieuwe verjaardag. De dag dat ik een jaar geleden een nieuwe nier kreeg. Hoop er nog vele te vieren. Daar is tijd voor. Ik ben meer van het vieren dan ik wel eens was. Als ik nu nog niks vier, wanneer dan? Tijd is onzichtbaar. Zit in je hoofd. De kunst is om het te gebruiken. Je hoofd en de tijd. Er is tijd voor alle dingen. Als je zegt dat je geen tijd hebt, vergeet je dat. Tijd is nu.
Ik heb altijd een plan voor wat ik ga doen in mijn moestuin. Als ik er kom vertelt de tuin me wat er moet gebeuren. Dat is wat ik dan doe. Of ik maak een praatje met een tuinbuurvrouw. Maak foto’s van pompoenen. Pompoenen groeien in het nu. Die hoef je niks te leren.
Foto’s hebben ook iets met tijd. Momentopnamen. Kan je later zien hoe mooi het was. Kijk naar een uitzending van de Tour de France. De helft van het publiek ziet later wat ze ter plekke niet zagen. Op hun smartphone.
Die nieuwe verjaardag hè. Die vier ik elke dag. Daar is tijd voor. Vind ik prettiger dan foto’s maken van m’n verjaardag en die een beetje posten op sociale media. Duurt het weer een jaar voordat ik mijn volgende verjaardag kan vieren. Bevalt me goed. Elke dag jarig.
De dag dat ik een jaar geleden een nieuwe nier kreeg is vandaag. De foto van de pompoenen heb ik al eerder gemaakt.