De tijd van het jaar dat je nog mekkert dat de zomer alweer voorbij is en je nog niet de genoegens van de herfst hebt laten doordringen tot je ziel. Stoofperenweer, tijd om peertjes te plukken. Ze te koken in goede wijn. Een slokje om te proeven voor het koken kan geen kwaad. Stel je voor, zonde van de stofperen als de wijn het net niet is.
Dit jaar zitten er niet veel aan de boom. Wat er zat is voor een groot deel op de grond gevallen. Stoofpeertjes met vanillevla. Eerst maar plukken.
Stoofpeertjes schillen kan een opgave zijn. Ik maak er een Zen-momentje van. Niet het klusje moeten doen. Op m’n gemak zittend me afsluiten voor de wereld en peertjes schillen. Me verliezen in simpele oog-hand coördinatie. Het is net als schoffelen of onkruid wieden, rustgevend. Als dank maakt mijn hoofd goedgevoel stofjes aan. Daar kan geen bungeejumpen tegenop.
Het geluid van stoofpeertjes schillen is heel anders dan dat van appels schillen. En ook weer anders dan van aardappels schillen. Je hoeft niet blind te zijn om het te kunnen horen.
Ik haal straks m’n schapenwollen bodywarmer uit de kast. T-shirtje en daaroverheen die bodywarmer. Stoer en lekker warm.
Als het zo eindelijk droog wordt, dan even een nieuwe lamp in de buitenverlichting draaien. Een ledlamp met een dag/nacht sensor. Spaarlampen zijn allang geen spaarlampen meer. Ze vreten stroom en gaan snel kapot. Weg ermee.
Onlangs een nieuwe in de badkamer geplaatst. Ik kom nooit bij de HUBO en nu kwam ik er twee keer in een half uur. De eerste nieuwe lamp viel te barsten in de wastafel. De tweede heeft een langer leven. Dus maar even voorzichtig doen zo met die buitenlamp.
Dat is zojuist gelukt tussen twee buien door. Nu wachten tot het donker wordt.